Oefeningen

Klik hier (of op het diskette-icoontje rechtsboven de pagina) om de correctiesleutel (in PDF) van dit hoofdstuk te openen.

OEFENING 1 - Luistervaardigheid

Luister naar de dialoog en duid het juiste antwoord aan.
 
1 - Wat mag mevrouw Vannieuwenhuyse zeker niet doen?  


2 - Hoeveel druppeltjes doet verzorgster An in het oog van mevrouw Vannieuwenhuyse?  


3 - Waarom zet verzorgster An de medicijnen van mevrouw Vannieuwenhuyse klaar voor morgen?  


4 - Waarvoor dient het pilletje uit het eerste vakje?  


5 - Wanneer moet mevrouw Vannieuwenhuyse het pilletje uit het laatste vakje nemen?  


OEFENING 2 - Leesvaardigheid

Lees de brochure over thuiszorg aandachtig.

Thuiszorg

Er bestaan heel wat mogelijkheden om thuis verzorging en hulp te krijgen.
 
   - Thuisverpleging: de verpleegkundigen komen onder andere voor inspuitingen, wondenverzorging,
   - palliatieve verzorging, enz.
   - Gezinszorg en andere thuiszorg: de medewerkers helpen je bij de persoonlijke verzorging
   - (wassen, aankleden, enz.), kunnen huishoudelijke taken overnemen, helpen bij de schoonmaak
   - van je huis of voeren klusjes uit. Ook zijn ze een luisterend oor waarbij je in vertrouwen je verhaal
   - kan doen.
   - Oppashulp: een medewerker of vrijwilliger kan gezelschap of toezicht houden bij de
   - zorgbehoevende om jou als mantelzorger een zorgpauze te geven.
   - Vervoersdienst: de chauffeurs brengen je naar je doktersafspraak, het ziekenhuis ...
 
Deze diensten zijn er voor ouderen, personen met een handicap, chronisch zieken, enz. Kortom, voor iedereen die zorg nodig heeft.Bepaalde hulp, zoals poetsen, strijken of het bereiden van maaltijden kan je betalen met dienstencheques. Het aantal cheques dat je per jaar kan kopen ligt vast. Als persoon met een handicapheb je in sommige gevallen recht op meer dienstencheques. 

Wanneer de persoon voor wie je zorgt, een erkenning heeft als persoon met een handicap kan je op volgende begeleidende diensten een beroep doen:

   - De thuisbegeleidingsdienst biedt pedagogische en psychosociale ondersteuning aan gezinnendie
   - thuis zelf zorgen voor iemand met een handicap.
   - Een dienst begeleid wonen biedt beperkte begeleiding of ondersteuning aan op psychosociaal
   - vlak en bij dagelijkse activiteiten zodat de persoon met een handicap thuis kan blijven wonen.
   - Personen met een fysieke handicap kunnen voor bijstand bij activiteiten van het dagelijkse leven
   - en beroep doen op een dienst zelfstandig wonen om zo zelfstandig te kunnen leven.
 
Duid het bolletje aan in de juiste kolom.
waarniet waarStellingen
1 - Er zijn twee mogelijkheden om thuis verzorging en hulp te krijgen, namelijk thuisverpleging en gezinszorg.
2 - Deze diensten zijn bestemd voor iedereen die zorg nodig heeft.
3 - Bepaalde hulp, zoals het bereiden van maaltijden, kan je betalen met dienstencheques.
4 - De thuisbegeleidingsdienst biedt pedagogische en psychosociale ondersteuning aan gehandicapte jongeren.
5 - Een dienst begeleid wonen biedt financieel hulp aan zodat de persoon met een handicap thuis kan blijven wonen.

OEFENING 3 - Woordenschat

Het huishouden. Als verzorgende in de thuiszorg voer je naast de verzorgende taken dikwijls ook een aantal huishoudelijke taken uit.
 
Plaats de woorden uit het volgende kader bij de juiste afbeeldingen.
 
 
(a)  
    (b)  
      (c)  
        (d)  
          (e)  
            (f)  
              (g)  
                (h)  
                  (i)  
                    (j)  
                      (k)  
                        (l)  
                          • het bed opmaken
                          • de ramen kuisen
                          • afwassen
                          • vegen
                          • de was doen
                          • strijken
                          • stofzuigen
                          • afstoffen
                          • boodschappen doen
                          • koken
                          • het vuil buiten zetten
                          • dweilen

                          OEFENING 4.1 - Grammatica

                          Het gebruik van de pluralis van het substantief: het boodschappenlijstje.
                           
                          Situatie: Je doet boodschappen voor mevrouw Vannieuwenhuyse. Achteraan tussen haakjes vind je telkens wat ze nodig heeft met de aantallen die ze doorgaf.
                           
                          Vul de zinnen telkens aan:    - schrijf de cijfers voluit
                                                                    - zet de substantieven in pluralis (indien nodig)
                           
                          LET OP!     Ontelbare substantieven hebben geen pluralis, we gebruiken ze alleen in singularis, zonder het artikel ‘een’.
                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (fruit | - )

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (appel | 3)

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (ei | 5)

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (rijst | - )

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (tramticket| 6)

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (koekje | 10)

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (tijdschrift | 3)

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (dvd van Walt Disney | 2)

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (kaas | 4)

                          Ik koop voor mevrouw Vannieuwenhuyse. (avocado | 9)

                          OEFENING 4.2 - Grammatica

                          Geef instructies tijdens de verzorging. Gebruik de imperatief. Kies telkens een gepast werkwoord uit het kader.
                           
                          Voorbeeld:             (wassen) .......................  je handen             →            Was je handen!
                           
                          TIP: Zie Unit 3 Hoofdstuk 1.
                           
                           
                          aankleden – strekken – meewerken – buigen – helpen – opstaan – zetten – gaan – vertellen – luisteren
                           
                          1 - je armen, dan kan ik je trui uitdoen.

                          2 - eens: wat moet ik allemaal meebrengen van de winkel?

                          3 - nu toch eens !

                          4 - jij de koffie? Dan zorg ik voor koekjes.

                          5 - maar wat rusten in de zetel.

                          6 - goed naar de deurbel: straks belt jouw kleindochter aan.

                          7 - Het is al 10 uur: nu maar ! Je hebt genoeg geslapen.

                          8 - voorover, dan kun je gemakkelijker aan je schoenveters.

                          9 - je nu maar , straks komt je familie op bezoek.

                          10 - me onthouden dat ik volgende week de rest van je kleren nog moet strijken.

                          OEFENING 5 - Schrijfvaardigheid

                          Nieuwjaarsbrief.
                          Een modelantwoord bij deze oefening vind je in de sleutel. Klik op het diskette-icoontje rechtsboven de pagina om de sleutel te openen.
                           
                          Situatie: Mevrouw Vannieuwenhuyse wil naar al haar kennissen en familieleden een nieuwjaarsbrief schrijven. Ze vraagt jouw hulp. Dit moet er zeker instaan:
                           
                             - Ze wil in de eerste plaats iedereen bedanken voor de goede zorgen, de steun en onvoorwaardelijke
                             - liefde gedurende de voorbije jaren;
                             - ze hoopt dat ze ook in de toekomst (zolang ze nog leeft) op die steun kan blijven rekenen;
                             - ze hoopt dat het nieuwe jaar voor iedereen een vruchtbaar jaar zal zijn;
                             - ze wenst iedereen een stevige portie geluk toe;
                             - en veel zoenen en knuffels.
                           
                          Gebruik je eigen inspiratie om de brief verder aan te vullen.

                          OEFENING 6 - Spreekvaardigheid

                          Rollenspel: pedicure aan huis.
                          Een modelantwoord bij deze oefening vind je in de sleutel. Klik op het diskette-icoontje rechtsboven de pagina om de sleutel te openen.
                           
                          Situatie: Elke maand komt de pedicure langs bij mevrouw Vannieuwenhuyse. Jij belt de pedicure op en maakt een afspraak.
                           

                          EINDTEST

                          Vul de gaten in. Gebruik woorden uit de woordenlijst en pas de juiste spellings- en grammaticaregels toe.

                          1 - Sinds ze het ziekenhuis heeft verlaten, krijgt Mevrouw Vannieuwenhuyse thuis elke dag van de verpleegster.

                          2 - de drie (pilletje) voor mevrouw Janssens ! (klaarzetten)

                          3 - Ze kan het niet meer alleen aan, ze heeft duidelijk hulp nodig. Misschien moeten we toch overwegen?

                          4 - niet in je ogen: anders maak je het alleen maar erger! (Wrijven)

                          5 - Omdat mevrouw Vannieuwenhuyse niet graag alleen is, krijgt ze elke week van haar kleinkinderen.

                          Project number: 543336-LLP-1-2013-1-DE-KA2-KA2MP - This project has been funded with support from the European Commission. This publication [communication] reflects the views only of the author, and the Commission cannot be held responsible for any use which may be made of the information contained therein.