1. Vorm het nummer 112 voor de brandweer, een ambulance of de politie. In België vorm je het nummer 101 voor dringende politiehulp. 2. Wacht rustig op een antwoord. Haak niet in, want daardoor kom je opnieuw aan het begin van de wachtlijst te staan. 3. Geef het juiste adres waarnaar de hulpdiensten zich moeten begeven (stad, straat, nummer, kruispunt, speciale toegang, praatpaal, enz.) en eventueel wat de gemakkelijkste manier is om er te geraken. Als je niet belt vanaf de plaats van het incident, vertel dit dan ook aan de operator. 4. Beschrijf wat er gebeurd (brand, ongeval, agressie, inbraak, hartaanval, enz.). 5. Geef aan of er mensen in gevaar of gewond zijn en hoeveel. 6. Haak niet in vooraleeer de operator zegt dat je mag inhaken. Hou ook je telefoonlijn vrij zodat de operator je kan terugbellen als hij meer informatie nodig heeft. 7. Als de situatie zou verergeren of verbeteren, bel dan terug naar de noodcentrale om dit mee te delen.
|